a Veel Duitsers en NSBers geven zich over en worden in hechtenis genomen door het verzet. Zij worden in eerste instantie naar het schoolplein in de Koornstraat gebracht. Ook de vrijwillige brandweer helpt mee. De mensen op straat vieren feest en jouwen de gevangen uit.
Mia is ook aanwezig en gaat naar het schoolplein in de Koornstraat. Zij kijkt naar de aanwezige collaborateurs en vraagt waar Pulles is. Hij moet nog worden opgehaald wat terstond gebeurt. Na zijn aankomst vliegt Mia op hem af en valt hem aan. Omstanders moeten haar van hem af houden. Met de verradersbrief aan Kamp Vught geconfronteerd, bekent Pulles dat deze brief van zijn hand is.
Het schieten was hevig en beangstigend. Om naar buiten te kunnen kijken sloop Mia naar boven, ging op een toiletbril staan en keek uit het kleine raampje. Toen zag zij het huis van Toon van Loosbroek, het belendende huis, in een zee van vuur. De familie van Loosbroek was al eerder weggegaan toen zij gewaarschuwd werden dat het gevaar naderbij kwam. Mia kan zich niet herinneren hoe lang ze daar binnen bleven. Wel herinnert zij zich dat iedereen hongerig werd en moe van het op de grond liggen. Het was erg deprimerend om de vernieling van de omgeving te zien. Alle huizen op de vier kilometer lange weg waren verbrand of zwaar beschadigd. De fiets die Mia bij aankomst op straat had achtergelaten, was weg. Waarschijnlijk is deze door de Duitsers meegenomen.
|