Het verdeel of distributiekantoor van Oss verhuisde al snel naar de Kruisstraat in het oude kantoor van Jurgens, de margarinefabriek. De toegang tot de kluis waarin alle voedselbonnen en andere waardevolle zaken bewaard werden, had Jacques van der Heyden. Hij was de enige persoon die een sleutel had van de kluis in de kelder. Het kantoor bestond uit drie delen. Twee delen met 9 loketten was het publieke gedeelte. De rest was kantoor. Er was een aparte kamer voor het hoofd met een deur waarin een raam waarvoor Mia’s bureau stond. Zodoende kon het hoofd desgewenst mij zien zitten. Onder Mia vielen de negen loketten van de voedselbonnen.
Ook ontving zij de landelijke controleurs die langskwamen, kende de regelgeving van haar afdeling nauwgezet en was een vraagbaak voor iedereen. Als er zich bijzondere dingen voordeden, kwam dit meestal bij haar terecht. Zij handelde dit dan zelfstandig af. De regelgeving was zonder leestekens en in slecht Nederlands opgesteld. Daardoor konden deze voorschriften op verschillende manieren gelezen en geïnterpreteerd worden. Mia koos natuurlijk voor een uitleg die haar het meest voordelig leek. Vervolgens ging het kantoor naar haar interpretatie van de regels handelen.
|